Poem

De advocaat

‘Er is een dansvloer waar de beelden samenkomen,’
Zegt Nathan. ‘Laat mij daar je pleiter zijn.’
Hij schetst het feest van woorden, vormen, dromen
En zonden aan de keerzij van dit plein

Dat elke maand uitzinnig wordt gevierd.
Een dans van wensen en herinneringen
Waar zelfs de bronzen wijsgeer raast en tiert
En scherven van de gipsafgietsels springen.

‘Ze zijn er gul.’ Hij toont me een papier.
‘Hun spel is ernst en onze ernst is spel.’
Hij lacht. ‘Ik breng je erheen. Signeer dit hier.’
Ik zet een speelse krul. Ik mag hem wel.


original title: 'De advocaat'




« back to the poet