Poem

Koningsmasker

Hij is de landheer van een licht seizoen
en praat er ongemaskerd met de bijen.

De koningin laat hij het meest nabij zijn
terwijl haar zwerm de woorden verder zoemt.

Het zijn maar lichte spreuken, van de regen
ver weg, achter zijn rug, een grijs bewegen -

een koningsmasker zijn gezicht. Hij buigt,
het zomerlicht verdicht zich in de bijen

die niet meer aan hun lot ontkomen, die
reizen, dansen, zichzelf verliezen in de daad

en daardoor langzaam eerst de tuin vergeten,
de zwerm, de landheer met zijn dwaas gepraat,

tenslotte ook het licht - het licht het laatst.


original title: 'Koningsmasker'




« back to the poet